De Paardenkastanje is een boomsoort die niet van oorsprong uit Nederland komt, maar uit het Middellands Zeegebied, Noord-Afrika en West-Azië. Er wordt gedacht dat de boom naar de noordelijke regio is gebracht door de Romeinen.

Het hout is licht en niet duurzaam. Het lijkt hierdoor op het hout van de wilg en de populier. De Kastanje heeft grote bladeren waardoor het geen geschikte soort is voor al te kleine bomen (shohin). Dit zal namelijk een ongeloofwaardig effect geven. Als je echter een grotere bonsai wil, is deze boomsoort erg mooi. De Kastanje is geschikt voor beginners, aangezien het een sterke soort is die goed groeit.

Gebruik onze Bonsai-identificatie gids om je boomsoort te achterhalen.

 

 

Specifieke Bonsai verzorgingsrichtlijnen voor de Kastanje


Positie: De Kastanje kan in de volle zon staan, maar halfschaduw is ook een goede optie. Het is echter aan te raden om in het heetst van de zomer ze in de (half)schaduw te plaatsen, doordat in de volle zomerzon de bladeren kunnen verbranden. Zorg er ook voor dat ze in niet te harde wind staan. Dit kan de bladeren beschadigen.
De boom is winterhard, maar bij erg lage temperaturen/strenge vorst is het belangrijk de boom goed te beschermen. Je kunt ze bijvoorbeeld in een onverwarmde schuur zetten. Goede bescherming van de wortels is belangrijk.

Watergift: Geef voldoende water, zeker in de zomer. Het is belangrijk dat ze niet uitdrogen en de grond altijd vochtig blijft. Té nat is niet goed, maar met een goed drainerend grondmengsel is dat moeilijk. Als je een goed drainerend grondmix hebt, zal het overtollige water wegspoelen.

Bemesting: Bemest de boom elke maand met een laag stikstof gehalte om ervoor te zorgen dat de groei compact blijft. Dit is dus erg belangrijk om een goed ogend resultaat te krijgen!

Snoeien: Snoei is bij deze soort erg belangrijk. Door snoei bereikt men namelijk kortere internodiën en een beter vertakking. Hoe beter de vertakking van een boom is, hoe kleiner de bladeren zullen worden, wat erg gunstig is bij deze soort met grote bladeren. Als de internodiën kleiner worden, krijg je een compactere boom, waardoor je een natuurlijker ogend resultaat verkrijgt. Het is belangrijk dat je bij het snoeien van één tot twee jarige takken, een stuk van minstens 2cm laat staan. Dit zorgt ervoor dat de knop niet indroogt, maar het gedeelte wat je hebt laten staan. Hierdoor verlies je de knop niet. Het ingedroogde gedeelte kun je veilig in de winter verwijderen.
Blad snoei kan elk jaar in juni worden toegepast. Dit zorgt ervoor dat de bladeren kleiner worden, maar ook dat je een beter vertakking verkrijgt.

Bedraden: De takken van de Kastanje Bonsai zijn erg stug en breken hierdoor snel. Ook groeit het draad snel in en is de bast erg kwetsbaar. Je kunt daardoor met snoeien en goede selectie van takken, een mooi gevormde boom krijgen. Als je de boom toch wil bedraden, wees dan erg voorzichtig!

Verpotten: Doordat de boom erg verwilderd kan gaan groeien, is het belangrijk dat je de boom wortel vast houdt. Dit houdt in dat je de wortels weinig ruimte geeft, zodat de groei compacter wordt. Je verpot daarom eens in de drie tot vier jaar met een basis grondmengsel dat goed draineert.

Ziektes en plagen:
Paardenkastanjemineermot: Dit is een motje waarvan de larven de bladeren aantasten bij, vooral, witbloeiende variëteiten. Er zijn drie perioden in het jaar dat deze larven de bladeren aantast. Half-april, begin juli en begin september kun je ze verwachten. Je kunt aantasting voorkomen door de bladeren in de herfst goed op te ruimen. Je kunt de motjes op de stam verwijderen. De motjes hebben een goud-bruine kleur met witte banden en zijn ongeveer een halve centimeter lang. Ook zijn er speciale feromoon vallen die de mannetjes lokken die in het water met zeepsop verdrinken. Deze hang je op in de kruin zodat voortplanting vermeden wordt.
Bladvlekkenziekte: Bij deze ziekte komt er een schimmel, genaamd guignardia aesculi, door wondjes in de bladeren en laat een bruine vlek achter, vaak begrensd met een gele ring. Deze schimmel overwintert in de afgevallen bladeren en tast de boom in de lente weer aan. Om de bladvlekkenziekte en de paardenkastanjemineermot uit elkaar te houden, kijk je naar de nerven. De larven eten om de nerven heen, welke dus nog intact zijn, terwijl de schimmel gewoon over de nerven groeit. Je kunt een fungicide gebruiken, maar dit geeft geen zekerheid voor genezing. Zorg er wel voor dat je de afgevallen bladeren verwijdert zodat de schimmel niet kan overwinteren en verspreiding vermijdt.
Bloedingsziekte: Deze ziekte zorgt ervoor dat de boom gaat bloeden. Dit wordt veroorzaakt door een bacterie. Er is niet veel over deze ziekte bekend, maar de boom weert zich ertegen door kurkcellen aan te maken rond het geïnfecteerde gedeelte. De ziekte is stress gebonden, dus hoe meer stress de boom heeft, hoe erger het wordt. Jonge bomen kunnen hier zelfs compleet door afsterven. Er is voor deze infectie nog geen behandeling gevonden. Als deze ziekte verschijnt, zorg er dan voor dat de boom apart staat zodat verdere verspreiding vermeden kan worden.
Verwelkingsziekte: Deze ziekte wordt veroorzaakt door een schimmel die via de wortels de sapstroom aantast. Hierdoor sterven takken en later de gehele boom af. De schimmel verspreidt zich door bladeren wanneer ze op de grond vallen en de schimmel daar in de grond overleeft. Gereedschap kan de schimmel ook verspreiden. Gebruikt gereedschap dient dus ontsmet te worden. Je kunt de ziekte herkennen als je een aangetaste tak doorsnijdt en op de dwarsdoorsnede een grijze ring ziet. Vaak zie je ook op verse snoeiwonden zwarte vlekjes.
Aangetaste bomen dienen verwijderd en vernietigt te worden (ook de bladeren), om verdere verspreiding te voorkomen. Ook de grond hoort hierbij, aangezien de schimmel in de grond overleeft en hierdoor een andere boom aantast. Zorg er dus voor dat de pot dus goed schoon is als je een boom, gevoelig voor deze schimmel, er terug inzet.
Voor al deze ziektes geldt dat een gezonde boom beter in staat is te herstellen.

Vermeerdering: Vermeerdering komt tot stand door zaaiing van de noten. Dit gebeurt in de herfst buiten zodat de stratificatie natuurlijk gebeurt. In het voorjaar kiemt het plantje dan en na anderhalf jaar tot een jaar, kun je hem verpotten. Om een geloofwaardig resultaat te krijgen, moet je echter wel een dikke stam hebben en dit gebeurt het best en snelst in de volle grond.

Bekijk onze Bonsai verzorging pagina's voor meer gedetailleerde informatie over deze technieken.

 

 

Kastanje Bonsai boom (Paardenkastanje, Aesculus)

Kastanje Bonsai boom